De archeoloog:
Spinklosje en weefgewicht
Overal langs de Limes vinden wij spintollen en weefgewichten bij opgravingen. Kleding maken was veel werk en de inheemse boerinnen deden dit zelf, voor hun eigen gezin. Het ideale beeld van de Romeinse vrouw was ook een spinnende en wevende vrouw, die de kleding voor haar man en kinderen zelf maakte. Daarom stonden ze op hun grafstenen vaak afgebeeld met spintollen en bolletjes wol. Maar in de praktijk was er heel veel handel in textiel.
Rijke Romeinse dames konden kiezen uit vele mooie stoffen in alle kleuren van de regenboog en uit alle delen van het Romeinse rijk en daarbuiten. Warme wol uit Germania, het fijnste linnen uit Egypte en decadente zijde uit China. De Romeinen maakten zelfs textiel van asbest! Superhandig, want dat hoefde je niet te wassen. Je gooide het in het vuur en dan was het weer schoon.
Maar hoe mooi en duur een stof ook was, uiteindelijk was al het garen gesponnen op een spintol en met de hand geweven, want spinnewielen en machines bestonden nog niet.